Paal
Beschrijving van Gemaal PAAL in de Kleine Molenpolder, GEMEENTE HONTENISSE
Waterschap HULSTER AMBACHT, dit gemaal kwam tot stand in 1971.
AfwateringsgebiedHet gebied, dat door gemaal Paal wordt bemalen, heeft in de winterperiode een oppervlakte van ca. 8.295 ha. In de periode van 15 maart tot 15 november wordt het afwateringsgebied vergroot tot ca. 8.935 ha. Deze toename betreft ca. 640 ha. van het gebied van het Groot Eiland. Hetwelk in de winterperiode via de Sluis te Othene afwatert. In het gebied komen verschillende polderpeilen voor, variërend van N.A.P. + 0.90 m. tot N.A.P. - 2.00 m., die in stand worden gehouden door beweegbare en vaste stuwen, welke gedeeltelijk zijn geautomatiseerd. Het verschil tussen het (hogere) zomerpeil (van ca. 15 maart tot ca. 15 september) en het winterpeil bedraagt over het algemeen ca. 20 - 30 cm. Het afwateringsgebied is, in het kader van de werken van de ruilverkavelingen Koewacht en Kieldrecht voor een belangrijk deel aangepast aan de moderne afwateringseisen. Bij de berekeningen van de waterlopen en kunstwerken in dit afwateringsgebied is uitgegaan van een specifieke afvoer van 7 cm_/100 ha./min., waarbij voor de hogere zandgronden, gelet op de functie van deze gronden (waterwingebied) een specifieke afvoer wordt aangehouden van 1,4 - 3,6 m_/100 ha./min. Capaciteit
Het gemaal heeft een capaciteit van 700 m_ / min. De capaciteit is berekend bij een statische opvoerhoogte van 2,75 m. Het polderpeil bedraagt N.A.P. -2.00 m., het maalpeil N.A.P. - 2.50 m., het minimum zuigpeil N.A.P. -3.00 m., het maximum perspeil N.A.P. + 3.75 m. Het gemaal is voorzien van Stork schroefcentrifugaal pompen met betonnen slakkenhuis. De waaiers hebben een diameter van 1.663 mm, en een toerental van 135,3 omw./min.
Perskoker
Motoren
2x INDUSTRIE
Links in machinehal:
|
Rechts in machinehal:
|
Starten van de INDUSTRIE motoren,
Dit gebeurt geheel volautomatisch, invalpeil wordt bereikt en de voorbereidingen worden gedaan. Solenoïdeventiel gaat in werking, 1e trap, motoren worden gestart met 20 bar perslucht, motor gaat draaien naar een toerental van 400 omw./ min., dit duurt ca 10 min., zodat de motoren rustig warm kunnen draaien, 2e trap, toerental wordt verhoogt naar 500 omw./ min., dit duurt ook ca 10 min., vervolgens de 3e trap naar 600 omw./ min. dit duurt ook 10 min., daarna na 4e trap motoren gaan naar vol vermogen 730 omw./ min. dit is bereikt naar ca 30 min. Motoren zijn warm en draaien op vol vermogen, Het geheel is nu volledig in bedrijf.
Het stopzetten van de motoren gaat dezelfde manier als bij het opstarten, bij de laatste trap kan de motor rustig draaiend afkoelen, daarna worden ze stilgezet, ook dit neemt 30 min tijd in.
De INDUSTRIE motoren maken jaarlijks ca 1000 draaiuren.
Overige installatiesHet gemaal is voorzien van een compressor met aanzet- luchtflessen, ruwkoelwaterinstallatie waarmee het gesloten koelsysteem van de dieselmotoren gekoeld wordt, brandstoftrimpompen voor de vulling van de oliedagtanks, een kraanbaan met een hefvermogen van 3 ton en overige benodigde hulpapparatuur. De pompkelders kunnen worden droog gezet d.m.v. lenspomp. Kroos en aangedreven voorwerpen, die zich voor de instroomopeningen ophopen, worden verwijderd met behulp van de automatische werkende krooshekreininginstallatie. Voor de meting van Polder (binnen) - en Schelde (buiten) peil en de opvoerhoogte is een zelfgeregistrerende waterstandaamwijzer aangebracht. (Echo meting) Om onder alle omstandigheden verzekerd te zijn van elektrische stroom, is een noodstroomaggregaat van 27 KVA opgesteld. De brandstof voor de dieselmotoren wordt opgeslagen in twee ondergrondse voorraadtanks die elk een inhoud hebben van 50.000 liter. Dit is voldoende om het gemaal gedurende 1 jaar in bedrijf te houden. Omdat er geen defensie verplichting meer op de olievoorraad rust en de tanks vervangen moesten worden is voor 2 brandstoftanks gekozen van elk 50 m3.
Toevoerleiding
De toevoerleiding heeft een bodemdiepte van N.A.P. -3,54 m., en een bodembreedte van 13.50 m. en een bovenbreedte van ca. 44 m. De belopen hebben een helling van 1:3
Uitstroomgeul
Om de opvoerhoogte zoveel mogelijk te kunnen beperken en het uitgeslagen polderwater de gewenste stroomrichting te geven, is door het voorliggend schor en slik een uitwateringsgeul gebaggerd.
Deze ca. 300 m. lange geul werd aangelegd met belopen van 1:2, een bodembreedte van 15.00 m. en een bodemdiepte van N.A.P. -0.50 m. Zoals verwacht werd, heeft deze geul zich onder de invloed van de stromende werking van het uitgeslagen polderwater, verder verdiept.
Bouwkundig gedeelte
Het bemalingsgebouw is op staal gefundeerd. De perskoker os onderheid met palen en is, t.p.v. de zeedijk, ter weerszijden opgesloten met een stalen damwand. Het laagste punt van het gemaal ligt op N.A.P. -6.80 m; het hoogste op N.A.P. +10.35 m. de onderbouw bestaat uit gewapend beton, de bovenbouw uit een gewapend betonnen skelet dat is opgevuld met metselwerk. Om geluidsdemping te werkstellingen is dit een metselwerk aan de binnenzijde "getand" uitgevoerd, dit samen met een lattenplafond.
De afmetingen van de bovenbouw, waarin de machinekamer, zijn 9,55 m x 19,33 m.
In de daarvoren gebouwde gedeelte, met de afmetingen van 3.02 m. x 13.75 m. zijn een kantoor, een wasgelegenheid met toilet, een laagspanningsruimte en werkplaatsruimte ondergebracht.
Het instromende water wordt geleid door vleugels of keerschot. Dit is om het ronddraaien van de watermassa te voorkomen.
De vloer van de instroomkelder en zuigkelder ligt op een diepte van N.A.P. -6.00 m. voor de openingen zijn krooshekken geplaatst. De vloer van de uitstroombak is gelegen op een diepte van N.A.P. -3.00 m.
Stroomuit- schuring wordt verkomen middels een ontvang- en stortebed. Vanaf de uitstroombak verloopt het stortebed. Vanaf de uitstroombak verloopt het stortebed, over een lengte van 32.50 m. naar een diepte van N.A.P. -1.50 m. (diepte uitstroomgeul). Over deze lengte heeft het stortebed, ter weerszijden, een geleiding van stalendamwand. Het ontvangbed verloopt onder een helling van 1:30
Bouwtijd
De bouwtijd vergde bijna 2 jaar. Het gemaal werd aanbesteed op 1 april 1969, gegund op 25 april 1969, aanvang der werkzaamheden 19 mei 1969, oplevering 31 maart 1971.
Bouwkosten
De bouwkosten van het gemaal, incl. B.T.W., hebben ca. fl. 3.850.000,- bedragen. t.w. bouwkundig gedeelte fl. 2.636.367,08, mechanisch/elektrisch gedeelte fl. 793.420,17 en honorarium, voorbereiding + toezicht fl. 417.822,08. In deze kosten werd een subsidie verstrekt van totaal fl. 2.818.617,88, die was samengesteld uit een rijksbijdrage, krachtens de Deltawet, voor de aanpassing van het noodgemaal Paal en Sluis van Alsteinpolder die i.v.m. de dijkverzwaringswerken moesten verdwijnen; een bijdrage op grond van de Wet Bescherming Waterstaatswerken in Oorlogstijd voor de kosten van 2 van de 4 brandstoftanks en een gedeelte van de kosten van het nood stroomaggregaat; een z.g. A2 subsidie van het Ministerie van Landbouw.
Automatisering
In 1985 werd het gemaal geautomatiseerd en in 1986 operationeel. De kosten van deze automatisering hebben in zijn totaliteit incl. BTW fl. 350.000,- bedragen.
In 1996 is voor de tweede maal geautomatiseerd, nieuwe plc, enz.
In 2004 wordt alle elektrische bedrading vernieuwd en de automatisering voor de derde maal vernieuwd.
Naam
Het gemaal is genoemd naar de nabijheid gelegen woonkern Paal.
Ontwerp en directie
Technisch Adviesbureau van de unie van Waterschappen N.V. te Haarlem.
Bouwkundig | : N.V. Ned. Beton Mij. Bato-Jansen, Den Haag. |
Pompinstallatie | : Kon. Machinefabriek. Stork, Hengelo. |
Motoren | : N.V. Motorenfabriek. "De Industrie", Alphen aan den Rijn |
Elektrische installatie | : Fa. A. de Hoop, Terneuzen |
Motoren Onderhoud | : Fa. Terlouw Rotterdam |
INFORMATIEBRON, Frans de Bakker Waterschap Zeeuws - Vlaanderen, juni 2005